Echotape – Wicked Way (4/5)
Voor wie van Bear’s Den en The Lumineers houdt maar dan met wat extra peper in het gat
Echotape is een zelfverklaarde doe-het-zelf-band uit het zuiden van Engeland. Al zes jaar timmeren ze op eigen houtje aan een carrière in het dichtbevolkte wereldje van de indie rock. Enthousiast en met een dikke portie Britse branie toveren ze op Wicked Way prikkelende poprockriedels tevoorschijn. Dit viertal beluisteren is zeker geen zonde van je hoogstwaarschijnlijk zeer kostbare tijd. Het is nu maar de vraag of StuBru dure zendtijd over heeft om frontman Marc Burford en zijn gevolg op het naar goeie muziek snakkende luisterpubliek af te vuren.
Voor wie van Bear’s Den en The Lumineers houdt maar dan mét de nodige muzikale ballen aan het lijf, is bij Echotape aan het juiste adres. Opener All My Days en het daaropvolgende Whiskey Bar komen ra-ra-ra binnen als de beter gestookte sterkedrank. Het plaatje, waar de ruwe kantjes gelukkig nog aanhangen, klopt meteen. Ook de integere ballad I Got You kan ons danig bekoren. We geloven alles wat Burford zingt en dat is nog steeds één van de belangrijkste factoren als je een album van een nieuwe band aanbeveelt bij iemand anders. Ook Grams en het punky See You Soon halen al vlug hun gram en zullen bij de fans met zekerheid uitgroeien tot echte crowdpleasers. Little White Lies mag dan misschien een klein leugentje om bestwil zijn, deze song is iets minder dan de rest van dit puike album. I Don’t Wanna Pray heeft op zijn beurt een groot radiohit-gehalte à la Mumford & Sons. Misschien is een tournee in het voorprogramma van deze luiten, die het met gelijkaardige vrank en vrije indie helemaal gemaakt hebben, geen slecht idee. We eindigen met de titeltrack en zo is deze luisterrijke cirkel rond.
Als het een beetje meezit wordt 2017 misschien wel het jaar van deze kundige kornuiten. Minstens één dijk van een tape hebben ze al om mee uit te pakken. ‘Go for it, guys!’
(BG)