Cactusfestival 2016 – Zaterdag 9/07/16
Spread the love all over the Minnewaterpark
Dag 2 van het Cactusfestival 2016 gaf ons een prachtige zon, een zwembad, een uitverkochte festivaldag en artiesten die ons al hun liefde gaven en vroegen die liefde verder te delen.
Aandoenlijk maar op zo’n dag heerlijk om je volledig in onder te dompelen.
Pal op de middag startte de Nederlandse nachtegaal Eefje De Visser met haar fluisterpop, zij kon voor een nog halfvol terrein toch de aanwezigen boeien met haar breekbare stem en heerlijke deuntjes, hoofdzakelijk geput uit haar derde album ‘Nachtlicht’. Vrolijk als ze zich op het podium voelde, zo kreeg het publiek ook al snel de smaak te pakken en genoot zichtbaar van deze set.
Daarna was het tijd voor de Belgische band Flying Horseman, één van de vele projecten van duizendpoot Bert Dockx (Dans Dans, Sweet Defeat, solo). Misschien stond hij wel té vroeg geprogrammeerd, want dit soort muziek past volgens mij beter in het donker, zeker als je beseft wat een sterke performance er zaterdag werd neergezet. Ik hoorde soundscapes die mij aan Mogwai deden denken, gitaren die mij in een trance konden brengen en een band die erg strak kon begeleiden. Ook de inbreng van de 2 zusjes op backing-vocals + keyboards en percussie betekende een zekere meerwaarde aan deze band.
Donkere city-blues, van het soort waar ook Mark Lanegan een patent op heeft.
Door presentator Chris Dusauchoit (zelf een Bruggeling) aangekondigd als “hopelijk komen er donkere regenwolken en krijgen we een zware plensbui over ons heen, passend bij deze meneer”.
Gelukkig dankte Daniel Norgren (Zweden) meteen God voor de zon en het ondertussen talrijk toegestroomde publiek (het was toch al 15u ondertussen). Dus kregen we geen zwaarmoedige eenzaatmuziek, maar wel opgewekte folkblues van het betere soort. Begeleid door contrabas en drums nam Norgren ons mee naar de Zweedse bossen waar hij zijn songs schrijft en liet ons horen waarom hij terecht ‘een klasse apart’ genoemd wordt. Heerlijk concert !
Mijn verwachtingen waren hooggespannen voor de psychedelische bluesrock van Black Mountain,
maar die werden helaas totaal niet ingelost. Ongeïnteresseerd, ongeïnspireerd speelden ze een saaie set, waarbij enkel de bassist enigszins wat beweging voortbracht, maar hij was dan ook de enige die tijdens het soundchecken rustig aan het blowen was. Eén enkele keer, bij het afsluiten van de set, kreeg ik het gevoel dat ze wakker zouden schieten, maar dat was van korte duur want hun tijd zat er dan al op. Om snel te vergeten en niet meer naar België terug te vragen, zonde van de tijd.
Wat we daarna echter voorgeschoteld kregen was totaal andere koek !
Zwarte parels van Laura Mvula en haar family-band (want ook broer, zus en husband spelen mee) kwamen ons echt wakker schudden en hun liefde met ons delen.
Die verschijning, die présence, dat alleen al was genoeg om onze volle aandacht te trekken, en toen ze begon te zingen, waren we meteen verkocht.
Zoveel spelplezier, zoveel dankbaarheid om het aandachtige en enthousiaste publiek, het was een waar genot om dit concert van nabij te kunnen volgen.
Alle aanwezige vrouwen op het terrein kregen hun eigen strijdlied aangeboden met “Phenomenal woman” en tijdens “Green Garden” klapte iedereen krachtig mee in de handen.
Voor mij dé ontdekking van de dag !
Maar toen moest het beste nog komen…
In aloude soul-traditie kwam de band van Charles Bradley het publiek eerst opwarmen vooraleer de meester zelf – ‘The Screaming Eagle of Soul’ – het podium betrad.
De gelijkenissen met wijlen James Brown zijn zo talrijk – niet moeilijk ook als je weet dat Bradley zijn carrière begon als impersonator van James Brown, en pas sinds enkele jaren als zichzelf grote successen boekt.
Dat succes is zeker terecht want niet alleen is hij een waar performer én charmeur, hij beschikt ook over de meest schurende soulstem die ik ken en hij haalt moeiteloos uit met zijn kreten.
Hij geniet zichtbaar van de aandacht en return van het publiek, speelt er ook gretig op in, zoals het meisje dat vooraan op de schouders van haar vriend gaat zitten : meteen schieten zijn ogen vuur en schudt hij zwoele hipshakes uit zijn lijf. Bijna 70 is hij maar een ouwe vos die zijn streken nog niet verleerd heeft, da’s duidelijk.
Ergens middenin de set verdwijnt hij plots van het podium voor een 3-tal nummers, maar na een 2e aankondiging zoals bij de start is ie er terug in een volledig nieuwe outfit, klaar voor een tweede veroveringstocht van het publiek. En het lukt hem moeiteloos, al gaat hij wel even op de knieën, part of the show…
Charles Bradley is één van de meest integere artiesten in de business, een showman ja, maar met een hart van goud en oprecht dankbaar voor zijn publiek. Hij roept meermaals op om de haat te vergeten en ons te focussen op de liefde, te starten bij onszelf. Een ode ook aan alle moeders, aan wie we niet genoeg kunnen zeggen en bewijzen dat we ze graag zien. Heerlijke man, en dat zei ik hem ook na afloop van het concert toen hij de frontstage indook om iedereen op de eerste rij te knuffelen. En raad eens wie daar ook stond ?
Veel tijd om te bekomen was er niet, want een half uurtje later alweer stond een jazzlegende op het podium – wat een superbe programmatie steken ze bij Cactus toch elk jaar in elkaar.
Gregory Porter, een reus van een vent, met zijn eeuwige pet met oorkleppen aan, mocht de ondergaande zon begeleiden met zijn groovy tunes en wonderlijke stem.
Ik moest het concert van redelijk ver volgen (een festivalganger moet ook op tijd en stond de innerlijke mens versterken), dus had ik geen perfect zicht op het podium maar gelukkig kon ik wél genieten van Porter’s machtige stem en de sublieme begeleidingsband van deze grootheid.
Nummers als “On my way to Harlem”, “1960 What ?” en zeker ook “Work Song” gingen erin als zoete koek en ik waande mij even terug op Gent Jazz (ook dit weekend aan de gang, zie review).
Daarna vreesde ik dat het concert van Damien Rice nooit zou kunnen opboksen tegen de eerdere bands, maar dat was buiten deze ‘bard’ gerekend. Solo op gitaar kreeg hij moeiteloos het Cactuspubliek op zijn hand, kon hen doen meezingen, meeklappen of kreeg hen muisstil bij zijn intiemere songs. Enkele nummers op elektrische gitaar ook, waar hij dan verschroeiend kon op uithalen, dus zeer gevarieerd en boeiend bleef het wel.
Een terechte afsluiter dus voor een prachtige festivaldag in Brugge.
Foto's + Rev: Stefaan Delagrange