Serie-review: Narcos (3,5/5)
Robin Hood in poedervorm
De figuur Pablo Escobar spreekt al decennia tot de verbeelding van menig schrijver en filmmaker. Een serie over de grootste crimineel uit de geschiedenis van Colombia kon dan ook niet uitblijven. Het was uiteindelijk Netflix die tien afleveringen in één keer te grabbel gooide voor zijn abonnees. Daarmee heeft de streamingdienst, na House Of Cards en Orange Is The New Black, een nieuwe klepper bij om kijklustigen te ronselen.
Narcos begint veelbelovend met een gedetailleerd relaas van hoe onze besnorde vriend één van de beruchtste drugsbaronnen ooit is geworden. Het verhaal wordt verteld vanuit het standpunt van Steve Murphy (Boyd Holbrook), een Amerikaanse rechercheur die zijn Colombiaanse collega’s komt helpen bij het vangen van de slechteriken. Het hoofddoel is natuurlijk om het waanzinnige cocaïne-imperium van Escobar, die op magistrale wijze wordt neergezet door Wagner Moura (Tropa de Elite), ten gronde te richten. Door de miljoenen die Pablo verdient met zijn handeltje kan hij eender wie omkopen. Volgens hem heeft iedereen de keuze ‘plate o plomo’, in het Spaans zilver of lood, je laten omkopen of de kogel. Velen doen uit schrik voor represailles van Escobars entourage tegen hen of hun familie mee in de dolle drugstrafiek. Daarnaast wordt ook de gooi naar het presidentschap belicht die tegen alle verwachtingen in niet van een leien dakje loopt. De rest is geschiedenis.
Halverwege de serie zitten enkele mindere afleveringen in vergelijking met de eerste drie. Maar we bijten door en we zijn bij momenten verbijsterd als we dit waargebeurde misdaadverhaal voorbij zien flitsen. Zowel de Robin Hood als de koude killer in Pablo Escobar worden met een snedige tred naar voor gebracht. Geen topper, wel degelijke en vermakelijke televisie die uw aandacht verdient