The Last Internationale
02/04/2025 - Poppodium Volt, Sittard
Rev: Joris Smeets
Pics: Istvan Bruggen Photography
In 2015 maakte ik kennis met The Last Internationale toen de band op het grote podium van Pukkelpop mocht aantreden. De New Yorkers waren ons nog volledig onbekend, maar het feit dat Rage Against The Machine-drummer Brad Wilk destijds deel uitmaakte van de line-up prikkelde natuurlijk meteen onze nieuwsgierigheid. De band maakte indruk met heel energieke, bluesy en groovy rock ‘n’ roll met een boodschap en veel ‘heart and soul’. Toch waren wij de band wat uit het oog verloren. Niet omdat de band op plaat niet goed is, maar omdat ze pas écht tot hun recht komen op het podium, de dynamiek en connectie met het publiek is essentieel. En dat bewezen ze vanavond opnieuw met verve!
De kern van de band bestaat uit het koppel Edgey Pires (gitaar) en de fenomenale frontvrouw Delila Paz (zang, akoestische gitaar, piano) en dat is nog altijd niet veranderd. The Last Internationale kende in zijn bestaan al hoogtes en laagtes, van major platenlabels over grote festivals tot voorprogramma’s van grote bands maar ook periodes zonder label en steun. Gelukkig blijft de band met ongebreidelde energie doorzetten en zo kregen we de kans om hen dicht bij huis in een intiemere setting opnieuw aan het werk te zien. Onze eerste kennismaking met Poppodium Volt is meteen een voltreffer. Iedereen is heel vriendelijk en relaxed, het geluid is uitstekend en de muziek die tussendoor wordt gedraaid is een heerlijke mix van allerhande rootsy folk, country en singer-songwriter. De kleine maar gezellige zaal is mooi volgelopen, al blijft er gelukkig toch nog net genoeg adem- en bewegingsruimte.
De support act van vanavond is Anouk Gerritsen, die voor ons eerlijk gezegd een nobele onbekende is. De jonge zangeres is een lokaal talent die haar plekje vanavond op een uitzonderlijke manier heeft te pakken gekregen. Blijkbaar heeft ze ooit op Pinkpop met een doekje gezwaaid met de vraag aan Delila of ze mocht meezingen en die wens kwam in vervulling! Het contact is gebleven, zodat ze nu enkele shows het voorprogramma mag verzorgen met haar band. Het is een viertal in een ‘klassieke’ line-up met drum, gitaar, bas met enkele 'foute' kapsels uit de jaren ‘80 en ‘90 die tegenwoordig weer in zijn en ook enkele opvallende vestimentaire keuzes.
Anouk blijkt een goede zangeres en ook muzikaal klinkt de groovy rock niet verkeerd maar toch springt het er aanvankelijk niet echt uit. Na enkele nummers zingt ze solo op akoestische gitaar haar eerste single, die meer in het straatje van de breekbare country pop ligt. Het is in het begin niet altijd even stabiel gezongen maar ze groeit wel in het nummer, toch is de song nog niet goed genoeg om te blijven hangen. Ook de traditional ‘House Of The Rising Sun’ brengt ze solo en dat doet ze absoluut zeer sterk: het is dan ook een ijzersterke, tijdloze song en de zangeres komt beter uit de verf als ze wat meer kan uithalen met haar stem. Ook het volgende nummer bevalt ons beter, een swingend nummer met veel energie en de voetjes gaan al eens mee stampen, maar 'Girl With Fire' kan toch weer minder bekoren. Het laatste nummer leunt op een lekker groovende baslijn en een funky disco beat, al blijkt de zang ook hier niet altijd even stabiel. Talent is er zeker maar het moet nog wat bijgeschaafd worden.
Het was duidelijk dat de meeste aanwezigen echt wel voor The Last Internationale gekomen waren en ook bekend zijn met het repertoire en de opstandige, politiek links georiënteerde (de invloed van folk) en verhalende teksten van de gewone mensen, de werkende klasse (blues- en countryinvloeden) en de rechten van minderheden maar ook de boodschappen van gemeenschap en verbondenheid. CCR’s ‘Run Through The Jungle’ weerklinkt als intro, waarna het soulvolle ‘Berta, Berta’ de aftrap vormt. Het eerste deel zingt Delila a capella en haar straffe vocalen schitteren nog meer dan haar glitterpak. Ze blijft sowieso dé blikvanger en bestrijkt het hele podium en legt connectie met het publiek. Met punkklassieker ‘Kick Out The Jams’ krijgen we meteen een tweede cover op rij, waarbij ook de drummer en gitarist Edgey, met zijn bijna ‘typische’ New York-stijl (denk Ramones: jeans, leren jasje en t-shirt met het opschrift ‘More women on stage’) het gaspedaal meteen mogen induwen. Toch ook een apart woordje voor bassiste Alice Atkins, die met haar glittertruitje en zilveren sterren op haar schoenen met hoge hakken een sexy cool uitstraalt maar vooral met haar energieke spel een essentieel onderdeel van de afwisselend rauwe rock en meer ingetogen momenten vormt. Het is intussen fijn om te zien dat alle leeftijden present zijn en zangeres Delila wijst ook enkele kinderen aan die met hun ouders zorgeloos vooraan kunnen staan. De energie van het publiek blijft wel nog even uit, het is pas later in de set dat het ‘meest beleefde publiek ooit’, aldus de frontvrouw, loskomt.
Met nummers als ‘Life, Liberty, and the Pursuit of Indian Blood’, ‘Killing Fields’, ‘Mind Ain't Free’ en ‘Crawlin’ Queen Snake’ rockt de set lekker verder, met occasioneel scheurende gitaren en solo's.
Bij het inzetten van ‘1984’ vraagt Delila vraagt iedereen om te headbangen en die lekkere tragere, RATM-achtige riff leent zich daar uitstekend toe. Bij ‘Hero’ schiet TLI weer veel energie de zaal in en ook de bassiste gaat enthousiast aan het headbangen. De zangeres toont nog eens aan wat voor een powerhouse van een zangeres ze is, met zowel power als soul als de hele hoge noten die ze haalt. Het akoestische ‘Freedom Town’ is een ode aan Bruce Springsteen, een van de helden van de band, en aan hun hometown New York. Het gaat over ‘hope through dark times’, waarbij de zangeres de akoestische gitaar ter hand neemt en zelfs een stuk zonder micro zingt en even indrukwekkend en pakkend blijft klinken. Kippenvelmomentje. Met het op piano gespeelde ‘Running For A Dream’ blijven we bij rustigere maar evenzeer aangrijpende momenten: het wordt opgedragen aan de slachtoffers in Gaza, waar zoveel onschuldige levens verloren gaan en de mensen geen dromen en geen wereld meer hebben om in te leven. Nog zo’n emotionele, diepgravende song is ‘Soul on Fire’, ook met piano en een tribute aan onder andere Nina Simone, waarbij de andermaal subliem zingende Delila zelfs even het publiek in gaat.
Dan is het terug tijd om te rocken met het groovy, catchy, soulvolle ‘Wanted Man’ dat wel wat doet denken aan Blues Pills en zelfs Tina Turner qua zang. Ook ‘Hard Times’ grossiert weer in bluesy hard rock, waar de riff echo’s van Black Sabbath oproept. Bij ‘1968’ is de slagzin ‘The more I make revolution, the more i feel like making love’, een ode aan ‘true rock 'n' roll, where you don't give a damn about what everybody thinks’. Ondanks het feit dat Delila jammer genoeg haar voet heeft omgeslagen, gaat ze opnieuw het publiek in en doet ze iedereen hurken en opspringen op haar commando. Ze nodigt ook een tiental mensen mee op het podium en die mogen daar ook blijven staan voor de zinderende, uitgesponnen finale in de vorm van ‘Hit 'em With Your Blues’ en ‘Battleground’, die een einde maken aan een heerlijke set van dik anderhalf uur. Ga deze band zeker checken als ze nog eens in jouw buurt komt!