The road to the Oscars: Filmreview: The Big Short (2,5/5)
The Wolf of Wall Street meets Paul D’hoore
Films met een historisch karakter zien we graag. Ook al ligt dat karakter in een niet zo ver verleden. The Big Short probeert op een huppelende manier de aanloop en de uiteindelijke werkelijkheid van de financiële crisis uit 2008 bruisend als een luchtbel in beeld te brengen. Wij waren na een uur eerder verveeld door de overdreven opgefokte opvolging van scènes die bol staan van de vaktermen die eerder weggelegd zijn voor de Paul D’hoores en de Michaël van Droogenbroecks van deze wereld.
De keure topacteurs die kon vastgelegd worden om de ‘realistische’ vertolkingen neer te zetten doen met verdeeld succes hun job. Een gebronsde Ryan Gosling neemt de rol van geslepen bankier voor zijn rekening en doet dat naar behoren. Steve Carrell speelt een zoveelste persiflage van zichzelf en kan ons deze keer niet overtuigen en even min aan het lachen brengen. Dan hebben we ook nog Brad Pitt, het kan niet op, die als gepensioneerde financier er bij wordt gesleurd. Het enige lichtpuntje in hele film is de prestatie van Christian Bale, die misschien als excentrieke hedge fund (what’s in a name) manager misschien nog de meest dankbare rol kreeg om er bovenuit te torenen. Hij kreeg terecht een derde Oscarnominatie, deze keer terug als beste mannelijke bijrol, but the competition hard met onder meer Tom Hardy (The Revenant) en Sylvester Stallone (Creed) in dezelfde poule.
Daarnaast kreeg The Big Short ook een Oscarnominatie voor beste film. Waarom zal waarschijnlijk een groot raadsel blijven. Wij kunnen wel vijf betere pareltjes (Love & Mercy, A Most Violent Year, …) naar voor schuiven die als supersub kunnen dienen. Maar wie zijn wij om daarover te oordelen. Kijk vooral zelf en probeer het vol te houden tot het einde.
(BG)