Er was een tijd dat instrumentale bands een uitzondering waren of toch tenminste apart. De dag van vandaag is dit de normaalste zaak. En dat in verschillende genres. De meeste bands vind je in alle varianten van de stonerrock. Wat opvalt is dat er vele bands teruggrijpen naar de seventies en het vanzelfsprekend vinden om ook seventies te klinken. Dat vind ik fout. Met de middelen die nu voorhanden zijn qua instrumenten en studiomateriaal kan je véél meer uit uw songs halen. Automatisch komen de composities meer tot hun recht. En dat hebben de heren van Fuzz Meadows begrepen. Zelfs de songwriting is mee geëvolueerd. Deze EP opent met ‘You Are The Void’ . Een trip die verrassende wendingen neemt en harde paden betreedt. Heavy metal gitaarklank die overgaat naar een avontuurlijk geluid met veel reverb. De gitaarmelodieën blijven zich in uw hersenpan nestelen. Dat is kunst. ‘Reach’ start met rustig gitaargetokkel terwijl op de achtergrond huilende klanken met veel echo passeren. De song kabbelt rustig verder tot ongeveer halfweg. Daar krijg je een muilpeer van jewelste. Mooi gitaarspel op een traag ritme.
De titelsong ‘Orange Sunshine’ klinkt bij aanvang als post-rock. De band Hawkwind komt even om het hoekje kijken. Eventjes zorgen de zonnestralen voor een geluidschaos.
Bij ‘Death Echo’ komt onze Belgische trots MIAVA dicht in de buurt. Verschillende boeiende riffs volgen elkaar op. De psychedelica komt er aan bij afsluiter ‘Benji’. Een intro van een jankende gitaar kondigt roffelende drums aan. Het gitaarwerk leunt aan bij King Buffalo tot een dreunende bas een doomriff door de speakers jaagt. De psychedelische gitaar stuwt de song de hoogte in.
FUZZ MEADOWS is niet zomaar de zoveelste instrumentale band in een rij. Er worden opvallende zijsprongetjes gemaakt zeker bij aanvang van de schijf. Bepaalde nummers zijn iets té lang naar het einde toe. Dat neemt uw aandacht weg. Goed dat de schijf maar vijf songs telt anders werd het iets van het goede teveel. Dit Australische trio heeft hier een mooi product afgeleverd.
Guido Grymonprez.